Ana de Biamonte
Het was nooit eerder gebeurd dat vanuit Spanje een bruid werd uitgestuurd. Vergezeld van 20.000 individuen en 130 schepen, bestaande uit kamerheren, hofdames, pages, kamervrouwen, lijfknechten, thesauriers, grootmeesters en bedienend personeel.
De vloot vertrok uit Laredo op 30 juli 1496 met bestemming Zeeland. Niemand behoefde onderweg honger te lijden. Aan boord waren 85.000 pond gerookt vlees meegenomen, 50.000 haringen, 1000 kippen, 6.000 eieren en 400 vaten wijn. Tijdens de twee maanden durende reis gingen een paar schepen verloren tijdens stormweer. In Antwerpen wachtte een grandioze ontvangst.
Helaas, na het huwelijk van Johanna met Filips bleef niet veel over van de Spaanse hofhouding.
Men had weinig begrip voor het bruisende, zelfs losbandig leven aan het Bourgondisch hof. Velen deden dan ook blij de reis terug naar Spanje. Meer nog, de weinigen die bleven en deel uitmaakten van Johanna’s hofhouding werden systematisch door de Bourgondische kroonraad uitgesloten, zeg maar …verwijderd!
Enkelen bleven omwille van hun connecties of relaties met de Bourgondische adel. Maar de enige die trouw bleef aan haar koningin was Ana de Biamonte.
Zij kende het verlangen van Johanna naar haar echtgenoot, die ze soms jaren niet zag. Ze kende het verlangen naar huis, naar Spanje. Zij alleen kon Johanna troosten.
Ze was getuige hoe schaamteloos ‘Flaminco’-dames Filips trachtten te verleiden. Ze begreep de meer en meer opkomende waanzinnigheid, ze begreep het hoe en waarom… en ze kon enkel troosten en bij haar blijven. Wat ze ook deed en bleef doen.
Tot uiteindelijk Johanna, op bevel van haar vader opgesloten werd in een klooster, omdat ze zogezegd een te groot gevaar betekende voor het land.
Bij een afscheid zei Ana de Biamonte tot haar vriendin koningin :” Hoogheid, lieve vriendin, het is niet goed u zelf te plagen met boosheid…”